Rijlessen
Ik ben gestart met rijlessen vlak voor mijn 18e verjaardag. Ik zou eindexamen gaan doen dat jaar en wilde graag voor mijn studie begon mijn rijbewijs halen. Bij mijn eerste meters in de auto voelde ik direct hoe anders ik mij in de auto in het verkeer voelde, dan als fietser. We reden nog geen 10km/h maar het voelde alsof ik met een noodvaart door de wijk reed.
Ik haalde in 1x zowel mijn theorie-als praktijkexamen, al heb ik bij die laatste wel geluk gehad met mijn examinator. Mijn rijinstructeur vond dat ik tijdens de lessen te voorzichtig reed en daarmee de doorstroom van het verkeer ophield. Tijdens mijn examen heb ik veel door de wijk moeten rijden, waarbij voorzichtigheid een positieve eigenschap is. Ook ging de examinator goed om met mijn spanning en besloot zij dat het beter was direct in de auto te stappen en de uitleg van het examen in de auto te doen.
Toen ik begon met lessen had ik de stevige overtuiging dat ik autorijden leuk zou gaan vinden als ik eenmaal mijn rijbewijs had. Toch wist ik ook dat ik pas echt zou leren rijden met de kilometers die na mijn rijbewijs zouden volgen.
Na mijn rijbewijs
Van dat rijden kwam alleen niet zoveel doordat ik het zo spannend vond. Ik was nu de enige die iets te zeggen had over de besturing van de auto en ik voelde me enorm verantwoordelijk voor mijn medeweggebruikers. Ik wist ook heel goed dat ik als angstige chauffeur gevaarlijker reed dan iemand die met overtuiging kan rijden.
Met de onvoorspelbaarheid van het verkeer heb ik als kind al om leren gaan door veel te fietsen. Maar in de auto moest ik opnieuw uitvinden hoe ik alle bewegende delen in het verkeer in moest schatten.
Schade rijden
Ik haalde mijn rijbewijs op en al met het uitparkeren bij het stadshuis reed ik schade aan de gezinsauto. Mijn ouders waren er gelukkig heel ontspannen onder, maar ik vond het vreselijk dat dit mijn eerste ervaring was.
Niet veel later overkwam het me nogmaals. Ik probeerde tijdens het uitparkeren de viskraam te ontwijken, maar was daar zo druk mee bezig dat ik schade reed aan een andere geparkeerde auto. Dit was een klap voor mijn zelfvertrouwen waardoor ik steeds minder ging rijden om verdere negatieve ervaringen te voorkomen.
Ik schrok toen ik merkte dat ik op hoop van zege in aan het voegen was op de snelweg. Het autorijden was zo spannend geworden dat ik het overzicht niet meer had. Hierop concludeerde ik dat ik met deze mate van spanning niet meer veilig deel kon nemen aan het verkeer.
Ik heb me er een tijdje bij neergelegd dat ik niet reed. Het gaf me een veilig gevoel dat ik kon rijden als het moest, maar vond het prima het daarbij te laten. Ik voelde dat de tijd wel zou komen dat ik die angst aan zou gaan, maar voor dat moment was het oké om het nog niet te willen.
Herpakken
6 jaar na het behalen van mijn rijbewijs pakte ik het autorijden weer op toen ik erachter kwam dat mijn vakantiebestemming een stuk minder toegankelijk was met het OV dan ik vooraf had bedacht. Vlak voor vertrek besloot ik dat ik op locatie toch een auto zou gaan huren en ben ik weer in de auto van mijn ouders gestapt om te oefenen.
Ik startte in een automaat om de hoeveelheid handelingen terug te brengen naar de basis. Mijn vader zat naast mij en coachte me door de eerste ritjes heen. Eerst door de wijk en later ook weer over n- en snelwegen.
Na die eerste rit had ik spierpijn in mijn benen van de spanning die erop had gestaan. Maar voor mij was het belangrijkste dat de kop er weer af was. Daarna ging het snel met het afnemen van de spanning. Ik huurde een schakelbak op Sardinië en leerde voor mijn gevoel opnieuw autorijden tussen de assertieve Italianen.
Doordat ik zo lang niet had gereden, was ik het concept van de hellingproef wel vergeten. Als een ninja probeerde ik op steile hellingen van de rem naar het gaspedaal te wisselen, waardoor de auto meermaals uitviel. Met net genoeg bereik voor een belletje, belde ik mijn moeder omdat ik het idee had dat ik iets niet goed deed. Zij verzekerde me dat het aan de auto lag die 300.000km op de teller had staan, maar toen ik haar vroeg de hellingproef met mij te doorlopen, werd het al snel duidelijk dat ik de handrem niet gebruikte waarvoor die in dit soort situaties is bedoeld. Hierna kreeg ik meer vertrouwen in mijn rijvaardigheid en ging ik genieten van het kronkelen door de bergen. Het kostte me nog altijd veel concentratie en energie, maar ik was ook zo trots dat ik dit voor elkaar had gekregen.
Diagnostiek en autorijden
Toen ik mijn rijbewijs haalde was ik nog niet gediagnosticeerd. Ik heb dan ook geen medische keuring van het CBR hoeven doen. Dat dit wel de standaard is voor mensen met psychische diagnostiek vind ik belachelijk. Ik heb zelf ervaren dat mijn neurodivergentie overzicht houden in het verkeer bemoeilijkt. Je moet relevante van irrelevante informatie kunnen scheiden en snelheid en afstand in kunnen schatten. Dit zijn vaardigheden die bij neurodivergente mensen vaak minder goed zijn ontwikkeld. Dat kan inderdaad een probleem opleveren in het verkeer, maar goede begeleiding lijkt me daarbij een zinvollere besteding van de capaciteit dan een medische keuring.
Slechts 0.5% van de mensen die een medische keuring ondergaat wordt uiteindelijk rijongeschikt geacht. Gelukkig maakt de NVA – Nederlandse Vereniging voor Autisme zich hard om deze medische keuring af te laten schaffen. Mijn inziens heeft het veel meer zin om naar de persoon te kijken, dan door de lens van diagnostiek op zoek te gaan naar beperkingen.
Ik ben ervaringsdeskundige autisme en ADHD en combineer mijn eigen ervaringen met kennis uit de wetenschap. Hiermee help ik anderen zichzelf beter te begrijpen in hun zoektocht naar wat voor hen werkt.
